Wat is meditatie?Deze web-pagina maakt deel uit van de website 'Psychologie en spiritualiteit' van A. de Heer Meditatie: de weg naar ‘verlichting’Dr. Han de Wit geeft in zijn boek ‘De lotus en de roos’ de volgende omschrijving van meditatie: “Boeddhistische meditatie is de mentale discipline van het ontdekken van en ons bevrijden uit de bevangenheid in de wereld waarin we denken te leven. Die wereld is onze eigen mentale schepping met onszelf daarin als centrale figuur. Daartoe wordt in alle boeddhistische tradities de praktijk van de zitmeditatie onderwezen.” Die techniek is er op gericht om steeds wanneer we in gedachten zijn geraakt ons van die gedachten los te maken en ons te richten op het hier-en-nu. De kern van de boeddhistische meditatie is het oefenen in het voortdurend gewaar-zijn. In ons dagelijks leven is er een voortdurende gedachtenstroom waar te nemen en zijn er allerlei gevoelens en emoties die ons afleiden van het bewust ervaren van het hier-en-nu. We zijn voortdurend bezig met het verleden en met de toekomst. Dat heeft tot gevolg dat we niet volledig leven: onze aandacht is zelden volledig aanwezig in het NU.
De volgende vormen van meditatie worden in het boeddhisme
onderscheiden: Hierna wordt eerst ingegaan op het doel van mediteren (Verlichting en Zelfonderzoek). Daarna is de context aangegeven van mediteren volgens de Boeddhistische traditie (Dharma). Vervolgens wordt ingegaan op de praktijkbeoefening van drie meditatievormen: Kin-hin (loopmeditatie), Vipassana en Zen. ‘Verlichting’Het uiteindelijk doel van meditatie is het bereiken van ‘verlichting’. Verlichting is een begrip dat niet zozeer een voortdurende, continue staat van zijn aanduidt; het duidt meer op een streven naar een voortdurend zelfonderzoek, waarbij je probeert je bewust te worden van je ego-denkbeelden, zodat je deze los kan laten en zo zuiver mogelijk de werkelijke werkelijkheid kan zien. Zo kan het gebeuren dat er momenten zijn van helder waarnemen en denken. Maar wanneer is er sprake van ego-motieven en wanneer is er zuivere waarneming, zuivere intuïtie?! Die vraag moeten we ons steeds stellen. Verlichting is een begrip om mee op te passen. Het kan de suggestie wekken dat een verlicht mens ‘alles’ ziet en doorgrondt en het aureool van volmaaktheid krijgt. Echter: volmaakte mensen bestaan er niet op deze aarde. Essentieel is en blijft de ethische houding van waaruit onze activiteiten plaatsvinden. Een voortdurend kritisch gewaar-zijn en kritisch zelfonderzoek is en blijft nodig, hoe ver wie dan ook gevorderd is op het spirituele en meditatieve pad. Ego-strevingen kunnen maar al te gemakkelijk aangezien worden voor het ware zelf. Dat blijkt wel uit de recente publicatie ‘Zen at war’, van de Nieuw-Zeelandse zenpriester en taalwetenschapper Brian Victoria. Deze ontdekte dat Japanse zenmeesters in de Tweede Wereldoorlog hun landgenoten hebben aangezet tot geweld. Zij riepen op om de zentechniek in te zetten als middel in de strijd. Zen zou het de geest makkelijker maken om mensen te kunnen doden. In ‘Trouw’ van 9 sept. 2001 staat daarover te lezen: “Lathouwers (een vooraanstaande Nederlandse zen-leraar) was, als alle westerse zenboeddhisten, diep ontdaan door de onthullingen van Brian Victoria: ,,De belangrijkste vraag is: hoe heeft dit kunnen gebeuren? Hoe is het mogelijk dat zenmeesters, met hun aureool van verlichting, zo verblind waren? Alle plaatjes vallen uit elkaar. Dat is verschrikkelijk, maar ook heel goed. Het leert ons dat we te allen tijde waakzaam en kritisch moeten blijven.'' Verlichting bestáát, zegt Lathouwers, maar het is ,,eigenlijk een heel griezelige term. Er is verlicht handelen. En soms, heel even, breekt inzicht door, en voel je je bevrijd. Maar maak niemand wijs dat je volmaakt bent. Ook Yasutani (een bekend Japans zen-meester) was een gewoon mens met blinde vlekken.'' ZelfonderzoekVoortdurend is een kritisch zelf-onderzoek nodig. Meditatie is een manier om te doorzien hoe we steeds onze eigen gedachtewereld opbouwen, hoe we de wereld zien door de bril van onze eigen denkbeelden. Als we denken dat we onze gedachtewereld, onze denkbeelden door hebben, dan is dat alleen al het bewijs dat je daar nog ver van verwijderd bent! Wel kan ons gewaar-zijn door oefening steeds bewuster worden gedurende een steeds langere periode. Meditatie kan op deze manier steeds gunstiger effecten hebben op ons dagelijks leven: we ontwikkelen een realistischer zelfbeeld, worden meer ontspannen en minder angstig. Omdat we geleidelijk aan leren ons niet direct te identificeren met onze eigen gevoelens en gedachten en die van anderen leren we te leven met realistischer verwachtingen van onszelf en andere mensen en hebben. Het gaat er om dat we ons bewust worden van onze denkbeelden en dat we leren die te onderscheiden van de werkelijke werkelijkheid. De kans op teleurstellingen in onszelf en anderen kan daardoor verminderen: we doorzien de illusies die wijzelf en anderen in onze gedachtewereld opbouwen. Relaties met mensen kunnen daardoor verbeteren en het leven wordt stabieler en bevredigend.
DharmaDe achtergrond van de boeddhistische meditatie is de leer zoals de Boeddha die heeft geformuleerd. De essentie van de Boeddhistische leer, de Boeddha Dharma, is verwoord in De Vier Edele Waarheden en het Achtvoudige Pad. De Boeddha zocht antwoord op de vraag wat de oorzaak is vn het menselijk lijden. Kernpunt is het inzicht dat lijden wordt veroorzaakt door de denkbeelden die we hebben over wat ons gelukkig zal maken. Als de werkelijkheid niet overeenkomt met onze ideeën, dan voelen we ons ongelukkig. We kunnen bijvoorbeeld het gevoel krijgen afgewezen te worden in plaats van de waardering te krijgen waar we zo naar verlangen. Maar misschien wees die ander ons niet af, mogelijk was zijn aandacht gericht op een probleem waar hij mee worstelde, waardoor hij ons de aandacht niet kon geven die wij wensten. Zo ervaren we niet de werkelijke werkelijkheid, maar ervaren we de realiteit door de bril van onze verwachtingen en verlangens. Onze verlangens raken nooit bevredigd. Achter elk verlangen duikt een nieuw verlangen op. Zo willen we bijvoorbeeld steeds weer opnieuw zelfbevestiging ontvangen, één keer is niet genoeg! Als we onze hoop blijven vestigen op het vervullen van onze verlangens zal er een onbevredigend gevoel achter blijven. Wanneer we ons daarvan bewust worden kunnen we kiezen of we op deze weg door willen gaan, of dat we proberen een andere weg in te slaan. De ene weg is: ons ego-perspectief volgen. De Boeddha wees ons de middenweg. Begeerten en verlangens uitroeien is niet de oplossing. De middenweg is de weg van het inzicht. Het inzicht in de Vier Edele Waarheden, waarin we het hechten aan de verlangens en de daarop gebaseerde denkbeelden kunnen loslaten. Dit inzicht leidt tot het opheffen van het lijden. We zijn niet langer afhankelijk van de bevestiging die we voorheen steeds bij anderen zochten. Dit is de context van waaruit in het boeddhisme de meditatie wordt beoefend. Kin-hinBij kin-hin, ofwel loopmeditatie, is de aandacht gericht op het gewaar-zijn van het lopen. Zorg dat je stevig staat, de voeten licht gespreid en de knieën niet op slot. Houd het lichaam ontspannen rechtop en houd je handen, je rechterhand om je linker heen, voor je buik. Je ogen zijn twee tot vier meter voor je op de grond gericht. Registreer voor jezelf je houding en zet je in beweging. Loop met langzame, korte passen en wees je bewust van elke beweging die je maakt. Wees je bewust van het optillen van je voet, de beweging naar voren, het neerzetten en het overnemen van de beweging door de andere voet. Je kunt dit meditatief lopen gedurende ongeveer 10 tot 30 minuten beoefenen, waarbij je met steeds meer precisie je lopen waarneemt. Meestal lopen de deelnemers in een langzaam tempo in de pas met de voorgaande meditatieleraar. Vaak is dit een afwisselende oefening tussen twee perioden van zitmeditatie. Na een dergelijke oefening met een beginnersgroep werden de ervaringen besproken. Hieruit kwamen onder meer de volgende observaties: ·
Ik
heb gelet op de ademhaling. Conclusies: Het met de aandacht weg gaan bij het lopen en meegaan met het ‘denken’, gebeurde bij een aantal toen het looptempo vertraagde omdat er meer mensen in de kring kwamen. Dat leidde af en het lukte niet goed om ‘bij het lopen te blijven’. Dat is op zich geen enkel probleem, het is een goede oefening om dit waar te nemen en er toch buiten te blijven. Probeer niet mee te gaan met het oordeel, maar constateer dat je oordeelt. Blijf je gewaar van de activiteit van je geest. Meditatie is het oefenen om met onze aandacht volledig in het hier-en-nu te zijn. Juist in het hier-en-nu toont zich de Boeddha-natuur, de realiteit zoals deze is, los van onze oordelen, onze verlangens, ons denken. Wanneer we onze bevangenheid met het ‘behoren’ kunnen loslaten, onze bevangenheid met onszelf, onze eigen beslommeringen, dan interfereert ons ego niet meer en openbaart zich de volle werkelijkheid zoals die is. Door te mediteren oefenen we ons er in ons te bevrijden van het lijden dat we onszelf bezorgen. VipassanaVipassana betekent "inzicht". Het is een meditatie waarbij het ontwikkelen van opmerkzaamheid centraal staat . Het is een van oorsprong boeddhistische meditatievorm, die vooral in Zuidoost-Azië wordt beoefend. Het principe van vipassanameditatie is "aandachtig zijn", je voortdurend bewust zijn van wat er hier en nu gebeurt. Dat kan van alles zijn: je lichaam, je ademhaling, je gedachten, je gevoelens of je emoties. Maar ook je zintuiglijke indrukken: wat je hoort, ziet, voelt, ruikt en proeft. Alle dagelijkse fysieke en mentale gewaarwordingen worden gebruikt als meditatie-object. Deze meditatie kan beschouwd worden als een levenstherapie die door de Boeddha is ontdekt en van generatie op generatie is doorgegeven. Vipassana verschilt van de zogenaamde concentratiemeditatie, waarbij de aandacht uitsluitend op één object wordt gericht, bijvoorbeeld een mantra, kaarsvlam, een figuur of de adem. Bij vipassana gebruiken we als basisobject voor de meditatie het rijzen en dalen van de buik bij het in- en uitademen. Het rijzen van de buik wordt innerlijk benoemd als 'rijzen', het dalen van de buik als 'dalen'. Observeer de adem, verander niets. Tijdens dit observeren kunnen er fysieke gewaarwordingen, gedachten en gevoelens in je beuwstzijn komen. Laat dat toe en observeer dit als nieuw meditatie-object. Het gaat er om dat je zorgvuldig waarneemt wat zich van moment tot moment in of aan je voordoet en dat je deze waarnemingen registreert en benoemt zonder te gaan analyseren of reflecteren. Benoem steeds de psycho-fysische verschijnselen die je waarneemt bij jezelf. Bijvoorbeeld: zintuiglijke indrukken ('ruiken', 'zien', 'horen', proeven, tasten), mentale inhouden ('denken', 'piekeren', 'oordelen', 'fantaseren'), gevoelens ('blij', 'verdriet', 'gelukkig', 'bang', 'moe', 'irritatie', 'ongeduld'), conditioneringen (bijv. oordelen: dit is goed, dat is niet goed, ik twijfel of ik het goed doe), enz. Het benoemen vindt op de achtergrond plaats en is een middel om enige afstand te nemen. Je hoeft niet te proberen alles precies te benoemen. Hou het eenvoudig. Maak er geen zware verplichting van. Het is voldoende je te beperken tot wat zich hier-en-nu duidelijk op de voorgrond aan je voordoet. Belangrijk is om het te laten gebeuren, grijp niet in in het proces, laat het gebeuren. Het benoemen of registreren is een ondersteunend middel om de opmerkzaamheid gaande te houden en kracht te geven. Valt het object van observatie weg, keer dan terug naar het benoemen of registreren van het rijzen en dalen van de buik als basisobject van de meditatie. Totdat zich een nieuwe gewaarwording aandient waar je met je opmerkzaamheid naar toe gaat. Bij dit proces leren we om alles wat op ons afkomt aan gedachten, gevoelens en emoties niet te veroordelen of te beoordelen. En die neiging hebben we allemaal. Door oefening leren we alle gedachten, gevoelens en emoties toe te laten. Dit leidt niet alleen tot acceptatie van wat zich aan je voordoet, maar impliciet ook tot zelfacceptatie. Je maakt deel uit van de levende wezens en je mag er zijn. Hoe je bent geworden heeft een oorzaak. Probeer je leven in eigen hand te nemen door te aanvaarden wat er is. Het ontwikkelen van opmerkzaamheid heeft velerlei heilzame effecten en leidt tot innerlijke zuiverheid, mededogen en verschillende stadia van bevrijdend inzicht. Zie hiervoor o.a. het boek 'Bevrijdend Inzicht' van Frits Koster. Vipassana is een methode die tot doel heeft: zuivering, mededogen
en wijsheid. Dit is het pad naar verlichting.
Zo oefenen we in het onbevooroordeeld observeren (helder waarnemen) van de lichamelijke en mentale verschijnselen die in ons bewustzijn verschijnen. We leren omgaan met onze gedachten en gevoelens en met emoties als angst, kwaadheid, verdriet, jaloezie enzovoort. We leren te accepteren dat er prettige en pijnlijke ervaringen zijn, dat wij en de mensen om ons heen beperkingen hebben. Het is een proces van aandacht ontwikkelen en jezelf openen. Er is wat er is. Hoewel het allemaal heel simpel klinkt - het vermogen om aandachtig te zijn is altijd in ons aanwezig - is mediteren vooral in het begin moeilijk. We zijn gewend om snel onze gestelde doelen te bereiken en we willen direct resultaat zien. Geduld is een schone zaak! Door de meditatiebeoefening leer je naar binnen te kijken. Aandacht hiervoor en jezelf openen leidt vanzelf tot toelaten, acceptatie en transformatie. Via dit proces ontstaat harmonie in jezelf, innerlijke vrede en geluk. Na de meditatie kun je bij jezelf nagaan wat de ervaringen waren
tijdens de meditatieoefeningen. Probeer na te gaan wat de effecten
waren van het benoemen. ZenDe centrale activiteit bij de zen-beoefening is ‘zazen’ oftewel zittend ('za') mediteren ('zen'). Concentratie op de adem en ‘het zitten als activiteit’ is daarbij de hoofdzaak. Het tellen van de adem, met op elke uitademing een tel, is de basis van de techniek. Als er gedachten opkomen waardoor het tellen wordt verstoord is het zaak om weer terug te gaan naar de ademhaling en weer bij één te beginnen met tellen. Deze techniek is bijzonder geschikt om de mentale beroering (bijv. het malende denken) te doen afnemen, en bevordert op termijn het loslaten van steeds terugkerende gedachtepatronen. Daardoor wordt het gemakkelijker de wereld, en vooral de plaats die de oefenende persoon zelf (ego) daarin inneemt, te relativeren.
Direct merkbare effecten zijn een diep gevoel van kalmte (mentaal maar ook fysiek) en een lichtjes verhoogde concentratie en waarneming. Bij aanhoudend oefenen wordt het mogelijk deze positieve effecten buiten de oefening vast te houden, wat eigenlijk datgene is waar het om gaat. Geduld, gemoedsrust en relativeringsvermogen, en dus `mentale' weerstand, zijn op langere termijn merkbaar te verbeteren. Zen belooft echter zeker geen hapklare oplossing voor problemen, hoogstens een behulpzame manier van omgaan daarmee. Het heeft een bepaalde therapeutische waarde, maar is niet bedoeld als therapie. Zen wordt soms los van de boeddhistische context beoefend. De meditatie wordt dan gezien als een technische training van de mind. Zo zijn er mensen die door middel van de zenbeoefening hun slapeloosheid willen bestrijden: de hersenen komen erdoor tot rust. Ook wordt zen wel beoefend om zich beter te kunnen concentreren op bijv. de studie. Er zijn katholieke geestelijken die zenmeditatie beoefenen naast hun eigen religieuze praktijk. Hun doel is dat zij zich dan des te beter kunnen wijden aan de dienst van Christus en Maria. In Nederland zijn hierin verscheidene kloosters actief (bijv. de Abdij Maria Toevlucht te Zundert). Tragisch is dat Japanse zenmeesters in de Tweede Wereldoorlog de zentechniek ook hebben willen misbruiken om beter te kunnen doden…. Dit toont aan dat zen een techniek is die ook misbruikt kan worden, zeker als je klakkeloos achter meesters aanloopt zonder de toepassing van de verworven zen-vaardigheden aan je eigen ethische verantwoordelijkheid te toetsen. (Zie ook wat hierover op deze website in het document ‘geloven’ staat) Zen meditatie kent dus vele motieven voor beoefening, maar zen is daar niet op 'ontworpen': het is toch in de eerste plaats een oefening die past in de boeddhistische traditie, gericht op loslaten en een verstilde vorm van zelfstudie en geestelijke verdieping. Om concentratie gemakkelijker te maken wordt zazen bij voorkeur in groepen beoefend, omdat dit de verleiding vermindert slordig te mediteren of de meditatie onnodig te onderbreken. Voor het individueel beoefenen van zazen is zelfdiscipline nodig. Zen techniek mag dan in principe eenvoudig zijn, de oefening is allerminst gemakkelijk. In feite is het onmogelijk meditatie volledig ‘in de vingers’ te krijgen: het oefenen zelf is waar het om gaat, en zazen is dan ook een onophoudelijk gevecht tegen de ontelbare gedachten, verlangens, hersenspinsels, frustraties enz. die ieder mens door het hoofd spoken. Een van de vele schijnbaar paradoxale beginselen van zen is, dat juist het zich niet richten op resultaat, en dus volledige doch ontspannen aandacht voor de bezigheid zelf, tot het beste resultaat leidt. Zitten en ademen is dus het uitgangspunt, en van daaruit zullen de vruchten komen. Er zijn een aantal houdingen om zazen in te beoefenen, en in principe is het niet cruciaal wat je doet zolang je maar met een rechte rug en zo stabiel mogelijk gaat zitten, met je ogen een beetje open. Stabiliteit kan het beste worden bereikt door met je achterste op een verhoging te gaan zitten en te zorgen dat je knieën de grond raken. Een zitbankje (knielend) of een hard, hoog kussen (in halve lotus of Birmaanse zit) zijn de meest voor de hand liggende varianten. Recht je rug flink, trek je kin ietsje in. Leg je handen net boven je knieën of leg ze met de palmen naar boven in elkaar waarbij de duimen elkaar net (niet) raken. Richt je blik ongeveer anderhalve meter voor je op de grond; focussen hoeft niet. Sluit je mond, adem dus door je neus, en ‘met je buik’: probeer, zonder echte dwang, je adem ‘de diepte in te sturen’. Concentreer je volledig op je ademhaling en het zitten. Drijf in volle aandacht mee in het Hier en Nu. Probeer je gedachten uit alle macht bij je ademhaling en het actieve zitten te houden. Probeer er helemaal bij te blijven. Wanneer een gedachte zich opdringt (en dat gebeurt altijd weer), neem hem dan waar, accepteer dat hij er is (ook als het een vervelende gedachte is), en keer vredig terug naar het ademen. Volharding in deze routine leidt meestal al binnen een kwartier tot een aangenaam gevoel van rust. Vanuit die basis kan men eventueel beginnen de meditatie te verdiepen. De vraag wat meditatie is, is een kernvraag voor ieder die zich van binnenuit met het boeddhisme - of met welke andere vorm van spiritualiteit dan ook - wil bezighouden. Bij meditatiebeoefening is de context, de achtergrond van waaruit je mediteert van groot belang. Meditatie is immers niet (alleen) een techniek. De vraag wat het doel is van meditatie geeft richting aan de instelling tijdens het mediteren en de toepassing in het dagelijks leven. Op de website 'Psychologie en spiritualiteit' treft u meer toegankelijke informatie aan over het boeddhisme en ook over andere psychologische en spirituele onderwerpen. Meer over het boeddhisme: Boeddha Dharma |