De Grote Arcana

De Grote Arcana symboliseert in 22 stappen de reis door het leven van geboorte tot de dood, of de progressie van het materiële naar het spirituele. Aan het begin is de reiziger nog een dwaas (o), die de gevaren van het leven niet kent, die zijn eigen ego niet kent, en die argeloos en zorgeloos rondstapt. De reis brengt de ‘pelgrim’ na de beginkaarten waarin de uitsplitsing in dualiteiten plaatsvindt (de Magiër en de Hogepriesteres) , eerst door de wereldlijke serie, daarna door de serie van de zelfontdekking, en tenslotte naar de spirituele serie. Aan het eind van de reis is de pelgrim wijs geworden, en is hij voldoende toegerust om de wereld (XXI) in te stappen. Dan kan een nieuwe cyclus beginnen, en zal de ‘nieuwe dwaas’, gerijpt door levenservaring, zichzelf niet meer zo serieus nemen. Hij zal zichzelf van enige afstand beschouwen, en bezien en begrijpen dat het leven een leerproces is, waardoor wij gelouterd kunnen worden.

BEWUSTZIJN (0 T/M VII) 0  I  II  III  IV  V  VI  VII 

De eerste serie van zeven kaarten betreft het ontluiken van het bewustzijn. Het zijn kaarten die een grote kracht bezitten. Thema’s zijn de levensinstelling ten opzichte van de maatschappij, zoals liefde, gezag en opvoeding. De waarneembare wereld wordt er in weerspiegeld.

De Geliefden en de Zegewagen verleggen de aandacht van de familie en de maatschappij naar de persoonlijkheid. De geliefden laten daarbij de dimensie van de intimiteit zien, de zegewagen toont het aspect van de openbare (publieke) identiteit.

HET ONDERBEWUSTE; ZELFONTDEKKING (VIII t/m XIV) VIII  IX  X  XI  XII  XIII  XIV 

De volgende zeven kaarten vormen de serie van de zelfontdekking, d.w.z. het innerlijk onderzoek naar wie we werkelijk zijn. Hier komt het onderbewuste aan bod in de vorm van terugtrekking en zelfaanschouwing (psychoanalyse). De eerste vier kaarten tonen het volgende. Kracht en Rechtvaardigheid zijn de eigenschappen die door de Kluizenaar worden gezocht, in de context van een complexe en mysterieuze realiteit, vertegenwoordigd door het Rad van Fortuin.

Het keerpunt ligt bij de Gematigdheid. De Gematigdheid en de Duivel (excessen, bandeloosheid) vormen een bijna volmaakt paar; ze vormen twee tegenpolen. Ze zijn de eerste kaarten van vier paren die de aandacht afwenden van het plaatselijke en tijdelijke, en richten op het kosmische en eeuwige.

HET BOVENBEWUSTE (XV t/m XXI) XV  XVI  XVII  XVIII  XIX  XX  XXI                                             

De ontwikkeling van een spiritueel bewustzijn en de bevrijding van archetypische energie. Het gaat  om het vinden van het ware zelf. De weg daarheen is een confrontatie met en tenslotte een eenheid vinden in de krachten van het leven.

De kaarten tonen de lange afdaling in de duisternis, de bevrijding door het licht, en het terugbrengen van dat licht naar de door de zon verlichte wereld van het bewustzijn.

Typering van de kaarten

Bij de typering van de kaarten van de grote Arcana is gebruik gemaakt van drie tarotspellen:

De Rider-Waite tarot, die op aanwijzing van Arthur Edward Waite (1857 - 1942) werd getekend door Pamela Colman Smith (1878 - 1951), verschenen in 1910. Deze kaarten zijn steeds te zien aan het begin van de beschrijving van de kaarten.

De Russische tarot van Sint Petersburg, ontworpen en getekend door Yuri Shakov (1937 - 1989) en een onbekende tweede artiest; de Russische tarot verschenen na Shakovs dood.

De Crowleytarot, op aanwijzing van Aleister Crowley (1875 - 1947) getekend door lady Frieda Harris (1877 - 1962), verschenen in 1944 onder de naam “Het boek Toth”.

Eerst is de traditioneel erkende betekenis van de kaarten weergegeven; daarin is de betekenis die Waite aan de kaart gaf verwerkt. Daarna is de betekenis toegevoegd van de Russische tarot. Y. Shakov, de ontwerper en schilder van de Russische tarot, sloot in zijn kaarten aan bij de kaarten van Waite. Als derde is de betekenis samengevat die in de Crowley-tarot is gegeven.

De 22 kaarten van de Grote Arcana:

0 De Dwaas

I  De Magiër

II De Hogepriesteres

III De Keizerin

IV De Keizer

V  De Hiërophant

VI De Geliefden

VII De Zegewagen

VIII Kracht

IX De Kluizenaar

X Het Rad van Fortuin

XI Rechtvaardigheid

XII De Gehangene

XIII De Dood

XIV Matigheid

XV De Duivel

XVI De Toren

XVII De Ster

XVIII De Maan

XIX De Zon

XX  Het Oordeel

XXI De Wereld                                                                                                                      

Bronvermelding

Bij de beschrijving van de kaarten van de Grote Arcana is gebruik gemaakt van de volgende bronnen:

Joan Bunning: Learning the tarot
Cynthia Giles: Russian Tarot of St. Petersburg
Gerd Ziegler: Tarot, spiegel van de ziel
Hajo Banzhaf: Handboek tarot
Rachel Pollack: De 78 Graden der Wijsheid (deel 1)